Terug naar nieuws

6 november 2025

Geen aanvragen voor Nederwiek I-A: een tegenvaller, maar ook een moment om vooruit te kijken

De brief van de minister van Klimaat en Groene Groei aan de Tweede Kamer van vorige week donderdag, waarin zij bekendmaakte dat er geen aanvragen zijn ingediend voor de tender van windpark Nederwiek I-A (1 GW) is een teleurstellende uitkomst. Niet alleen voor de ontwikkeling van windenergie op zee, maar ook voor de voortgang van meervoudig ruimtegebruik van de Noordzee.

Windparken vormen immers steeds vaker het ankerpunt voor innovaties die meervoudig gebruik van de Noordzee bevorderen. In veel gevallen zijn het juist de windparken die ruimte bieden aan nieuwe toepassingen, zoals natuurversterking, aquacultuur of diverse hernieuwbare energiebronnen zoals drijvende zon- of golfenergie. Bovendien zijn dergelijke multi use initiatieven soms zelfs onderdeel van de beoordelingscriteria in de tenderprocedure voor windenergie op zee.

Dat er geen partijen hebben ingeschreven, betekent niet alleen een vertraging in de energietransitie, maar ook een gemiste kans om projecten te ontwikkelen die bijdragen aan de klimaat- en voedseltransitie waarin de Noordzee een belangrijke rol speelt.

Doelen voor de energietransitie

Nederland heeft ambitieuze doelen voor windenergie op zee. In juli zijn deze doelen neerwaarts bijgesteld naar 21 GW in 2032 (dat was 2030), oplopend tot 30-40 GW in 2040 (dat was 50GW). Deze capaciteit is cruciaal voor het behalen van de klimaatdoelen én het versterken van onze energie autonomie.

Het uitblijven van inschrijvingen voor Nederwiek I-A laat zien dat de sector onder grote druk staat van stijgende kosten van financiering en materialen, van een onzeker investeringsklimaat en van toenemende maatschappelijke uitdagingen in de tenders van offshore wind. 

Ontstane tijd benutten als kans

In de vertraging ligt een kans voor innovatieve projecten gericht op duurzaam medegebruik, zoals offshore energieopslag en mariene natuurontwikkeling, biedt dit moment kansen om innovaties beter te valideren alvorens ze (grootschalig) uit te rollen in offshore windparken.

Initiatieven die nu investeren in kennisverdieping, samenwerking en kleinschalige praktijkexperimenten, kunnen straks sneller aansluiten wanneer nieuwe windparken worden aanbesteed. Daarom is het van groot belang dat er meer testfaciliteiten zoals de Maritime Testing Ground en Offshore Test Site voor de kust van Scheveningen en de Innovatiekavels in Windpark Borssele beschikbaar komen. 

Leren van eerdere tenders

De recente uitkomst biedt ook gelegenheid om kritisch te kijken naar hoe in eerdere windtenders ‘activiteiten van medegebruik’ worden opgenomen en uiteindelijk uitgevoerd. Dergelijke activiteiten van medegebruik, zoals natuurversterking, zijn soms opgenomen als verplicht of beoordelingscriterium, maar niet altijd op plekken waar ze de meeste impact hebben. In enkele gevallen worden dergelijke activiteiten uiteindelijk slechts deels uitgevoerd.

Een nieuwe tender biedt de kans om die lessen mee te nemen en activiteiten waarmee ervaring met medegebruik opgedaan kan worden daar uit te vragen waar ze het meest effectief zijn. Zodat de nadruk ligt op praktische uitvoerbaarheid en meetbare meerwaarde, in plaats van symbolische toevoegingen. Zo kan meervoudig ruimtegebruik een volwaardig en effectief onderdeel worden van toekomstige offshore windparken.

Bredere kijk op energie uit water

De situatie rond Nederwiek I-A toont bovendien het belang van een bredere benadering van energie op zee. Naast windenergie op zee kunnen zon- en golfenergie een waardevolle aanvulling leveren aan de verduurzaming van de nationale energiemix. Om die ontwikkeling te versnellen zouden in toekomstige tenders ruimere mogelijkheden voor dergelijke praktijktoepassingen gecreëerd moeten worden met voldoende flexibiliteit voor opschaling.

Vooruitkijken

Hoewel het uitblijven van aanvragen een stap terug lijkt, biedt deze periode ook ruimte om vooruit te denken en beter te bouwen. Door innovatie te ondersteunen, regelgeving te verbeteren en testcapaciteit beschikbaar te houden, kan Nederland de volgende stap zetten naar een toekomstbestendige, meervoudig gebruikte Noordzee.

Field lab Campus@Sea in de haven van Scheveningen zet zich in als innovatie community en testomgeving waar ondernemers, kennisinstellingen en overheden samenwerken aan oplossingen voor offshore innovaties, om zodra de volgende windparken worden gerealiseerd, deze offshore innovaties een voldoende hoog TRL bereikt hebben om toe te kunnen passen in een windpark.

📄 Bron:  Tweede Kamerbrief “Uitkomst vergunningverlening windenergie op zee: Nederwiek I-A (1 GW)” – 30 oktober 2025 https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?id=2025D45160&did=2025D45160